Wednesday, June 27, 2007

De verste sushi ter wereld

Er is toch een alternatief voor een kraker tussen Liverpool en Milan. Afgelopen dagen was ik in Tokyo. Ik vind Japan een bizar land en het cultuur verschil lijkt veel groter dan in Hong Kong. Het buigen is iets fascinerends. Niet eens zozeer het buigen op zich, dat ken je al van films, maar de vasthoudendheid waarmee het gebeurd. Ik zag een bus van het vliegveld wegrijden, waar wel twee bagage mannetjes vier buigingen maken tot dat de bus de hoek om is. Vergelijk dat met de behulpzaamheid van een Amsterdamse taxi chauffeur.

Ik heb op een bankje in de lobby gezeten en drie mannen zien bedanken na een etentje. Twee schat ik mid 50 en de “junior” net 50. Terwijl de een de ander een keer of 40 bedankt is “junior” een dikke vijf minuten aan het semi buigen (met je oren tot borsthoogte). Als je langs het tolpoortje rijdt op weg naar de stad komen ook vanuit de tolhokjes de halve buiginkjes je tegemoet. Al die nukkige Fransen op de Route de Soleil zouden hier verplicht op buig-stage moeten.

Martijn zit tegenover mij op kantoor en is getrouwd met een Japanse. Buigen? Als je het serieus aanpakt is het een gelukstreffer als het goed is, maar de kans levensgroot dat je het verkeerd doet en iemand beledigt. Daarom is het beste een halfslachtig knikje, zodat iedereen denkt “ah, die sukkel heeft geen idee” en het daarbij laat. Hij die weet dat hij niets weet, weet het meest...

Buiten je hotel en het kantoor spreekt niemand Engels. Als je in een sushi bar binnenkomt schreeuwt de eerste kok die je ziet een Japans hallo en vervolgens schreeuwen de andere koks dit na. Dit is vast vriendelijk bedoelt, maar als je alleen ’s avond laat nog even wat wilt eten en alle koks, met grote sushi messen, beginnen naar je te schreeuwen... hop weer drie stappen naar achter.

Het nadeel van op reis voor de bank is dat je met name hotels, kantoren en restaurants ziet. Daarom ben ik vanochtend om vier uur naar de visveiling gegaan. ’s Ochtends om drie uur komen de boten binnen van de over de hele wereld. Rondom Japan is de zee schijnbaar allang leeg, maar dat begrijp je als je de markt hebt gezien. Voetbal velden met bevroren hoofdloze tonijnen tot ongeveer 2 meter. De tonijnen zitten vol met ijs en daarom hangt er tot 70 cm boven de grond een spookachtige nevel. Hierdoor heen lopen de inkopers en met grote haken en zaklampen de kleine stukjes van de bevroren staart afhakken en achter in hun holle kies stoppen.

Hierna begint het veiling ritueel. Vanzelfsprekend geen touw aan vast te knopen, maar buigen is da bomb, of je de deal krijgt of niet. Dan bel je je broer met de loopkar, de haak achter in je bevroren trots, op de kar en dan gaat de tonijn op de kar zo de nog donkere straten van Tokyo in. De tonijn wordt schaars, ja ja hoe zou dat toch komen..., en het record van afgelopen maand is USD 35.000 ‘t stuk. Dan zou ik ook wat bevroren stukjes in mijn holle kies stoppen voordat ik zeker van mijn zaak zou zijn.

Na de veiling, tegen zessen, lopen alle tonijnen al door Tokyo en is het tijd voor ontbijt. Tony tonijn ligt inmiddels bij mr Watanabi onder zijn mes en dit is de allerverste sushi die je kunt eten. Als ik naar huis bel is Liverpool Milan nog bezig. Ik vind het een fascinerende gedachte dat de nieuwe dag hier al volledig is begonnen, behalve voor Tony dan. Een redelijk alternatief denk ik zelf, maar het sushi ontbijt voelt een beetje als haring met uitjes ’s ochtends op weg naar kantoor...